1. Thuis
Als kind werd ik dagelijks voorgelezen. Helaas kan ik me niet meer herinneren welke verhalen ik leuk, spannend of interessant vond. Er is me maar weinig bijgebleven. Navraag bij m’n ouders heeft mij geleerd dat zij me voorlazen uit ‘Snuffie’, ‘Beertje Pippeloentje’ en ‘Winnie de Poeh’.
Voor wat betreft de muziek heb ik ook geen herinneren. M’n ouders vertellen dat ik al jong naar ‘hun’ muziek luisterde. Daarnaast vond ik de Spice Girls leuk toen ik ietsje ouder was.
2. Basisschool
Ik weet helaas niet meer welke verhalen er allemaal op de basisschool zijn voorgelezen. Ik kan me herinneren dat ik van Harry Potter genoot en verder non-fictie las over de eerste en tweede wereldoorlog. Dat laatste onderwerp sprak mij ook aan in ‘Boris’ en ‘Het eiland in de vogelstraat’.
3. Voortgezet onderwijs: onderbouw
Veel plezier had ik in de onderbouw niet in het lezen. Voor m’n gevoel heb ik in die tijd helemaal niet gelezen. Ik was vooral bezig met m’n vrienden, MSN en gamen. Lezen was niet stoer en al helemaal niet ‘leuk’ meer.
4. Voortgezet onderwijs: bovenbouw
In de bovenbouw las ik af en toe in de vakanties. Thrillers van schrijvers als John Grisham wilde ik nog wel eens lezen. De literatuur die ik moest lezen voor Nederlands in de bovenbouw, las ik min of meer gedwongen. Daarvoor was een boze vader voldoende. In de jaren daarna las ik vrijwel niet meer. De omslag kwam toen ik in 2015 min of meer noodgedwongen stopte met mijn laatste studie. De eerstvolgende zomervakantie las ik alweer wat eenvoudige boeken. Dit breidde zich langzaam uit naar het lezen van een aantal Engelstalige klassiekers als ‘The catcher in the rhye’ en ‘1984’. Gemiddeld heb ik de afgelopen jaren een boek of zeven per jaar gelezen. Dit had voornamelijk te maken met een verlangen dat ik zelf had. Omdat het mij niet was gelukt om een diploma te halen en op die manier te bewijzen dat ik wel degelijk iets kan moest het anders. Het lezen van literatuur bood mij een oplossing. Het was een mooie uitdaging. Toen ik besloten had om mij in te schrijven voor de lerarenopleiding stelde ik mijzelf het doel om minimaal twaalf boeken te lezen in 2022. Voordat ik begon aan de opleiding had ik dit doel al behaald. Deze aantallen hoop ik de komende jaren nog te vergroten. Niet alleen omdat het moet maar omdat ik het zelf graag wil.
5. De lerarenopleiding
Op de opleiding heb ik een aantal boeken voor jeugdliteratuur gelezen en een aantal werken voor literatuurgeschiedenis. Ik vind het persoonlijk fijn dat er een beetje dwang achter zit en ik wel moet lezen. Dat maakt dat ik het meer ga doen en het plezier sneller terugkomt. Zo heb ik het ook ervaren met het boek dat ik voor leesdidactiek moest lezen. Een stok achter de deur vind ik prettig.
Momenteel ben ik, samen met de boekenclub op m’n werk, ‘Van het westelijk front geen nieuws’ aan het lezen. Het is een boek dat ik graag nog eens wilde lezen, dus dat komt mooi uit. Ik houd van klassiekers.
De fictielessen bij mij op school gaan erg moeizaam. Ik heb een showcase les gehouden waarbij ik alle boeken heb geïntroduceerd. Leerlingen mochten hierna zelf een keuze maken uit een van de ongeveer twintig boeken. De opdracht is pas later aan het lezen gekoppeld, zodat de focus in eerste instantie vooral op het lezen zou liggen. Vrijwel iedere vrijdag lezen mijn leerlingen in het boek. Helaas is het zo dat veel leerlingen tijdens deze lessen niet lezen en met andere dingen bezig zijn. Slechts een handjevol leerlingen is er serieus mee bezig. Leerlingen zijn vooral bezig met resultaat en niet met plezier.
Kijkende naar m’n eigen ervaringen denk ik dat we het soms te vaak over plezier hebben. Als jongeren überhaupt niet lezen, zal het plezier er ook niet komen. Er is een stok achter de deur nodig. Ik zou daarom pleiten voor het haast Orwelliaans klinkende vrijheid in dwang. Leerlingen worden gedwongen om veel te lezen, maar hebben binnen dit lezen wel veel keuzevrijheid.
Advies van Rozenn:
Aanbeveling: Het achtste leven (voor Brilka) van Nino Haratischwili
In jouw leesautobiografie laat je merken dat je verschillende boeken leest, maar het boek 1984
van George Orwell blijft een boek wat je erg bij is gebleven. Ook in de lessen laat je merken dat
je veel van het boek weet. Het boek 1984 is een dystopische literair roman. Uit je
leesautobiografie haal ik dat je literaire boeken waardeert en dat je de manier van schrijven
van een schrijver belangrijk vindt, het moet uitdagend blijven.
Het boek Het achtste leven (voor Brilka) heb ik zelf gelezen (en benoemd in mijn
leesautobiografie). Het is literaire fictie en sluit daarmee (een beetje) aan op de soort boeken
die je leuk vindt om te lezen. Het gaat over een Georgische familie en het vertelt het verhaal
van de zes generaties in de familie. Je krijgt inzicht in hoe het in de twintigste eeuw in het
oosten van Europa eraan toe ging. Het verhaal wordt steeds verder uitgebreid met de
verschillende familieleden. De schrijfster laat mooi zien hoe complex en verschillend het leven
kan zijn door bepaalde keuzes. Zelf heb ik erg genoten van het boek, je leert aan de hand van
het verhaal heel veel nieuwe dingen over de geschiedenis van Oost-Europa en ik denk dat je
dat wel interessant kan vinden. Hopelijk vind je het wat!
Advies Melanie:
Aan de hand van jouw leesautobiografie vind ik jou een niveau 5 lezer. Je geeft aan dat je houdt van klassiekers. Uit eerdere gesprekken weet ik ook dat je makkelijk verbanden legt tussen boeken, media en de wereld buiten de tekst. Mijn boekentip voor jou is ‘Ik ben Pelgrim’ van Terry Hayes. Ik raad je dit boek aan omdat het iets weg heeft van John Grisham. Persoonlijk vond ik het verhaal vlotter lezen dan boeken van John Grisham en zijn er meer twisten in het verhaal. Omdat je aangeeft dat je boeken hebt gelezen over oorlogen heb ik mijn broer om advies gevraagd. Hij vertelde over Antony Beever, hij heeft
verschillende boeken geschreven over de Tweede Wereldoorlog. Ook heeft hij Arnhem: Battle of the bridges geschreven. Misschien kunnen deze boeken jou interesseren.