Wat heb ik allemaal geleerd?
- Het belang van ‘samen’. Ik heb al gauw de neiging leerlingen individueel te laten werken.
- Het aanhouden van de juiste volgorde. Leerlingen beginnen niet zomaar met lezen. Ik zal ze eerst moeten inspireren, waarna ze zelf kiezen.
- Ik zal meer jeugdliteratuur moeten lezen om mijn leerlingen beter te kunnen adviseren. Ik ben vooral bekend met literatuur voor volwassenen.
- Passende fictieopdrachten zijn essentieel. Ze moeten passen bij de leerling, maar ook bij het boek.
- De voordelen van formatief toetsen. Dit kan op maat en geeft de leerling inzicht in zijn/haar leerproces.
- Ik ben me bewust geworden van de verschillende leesniveaus van lezenvoordelijst en hoe helpend dit kan zijn.
- Het belang van voorgelezen worden. Voorlezen kan erg stimulerend werken en kan moeilijk lezende leerlingen op weg helpen.
- Bewustwording van het doel van opdrachten. De inhoud is meer leidend dan de vorm. Bijvoorbeeld bij het spreken over de leesbeleving.
- Ik heb inzicht verkregen in de verschillende typen literatuurdocent. Ik wil me op alle vier de vlakken nog ontwikkelen.
- De associatie van lezen met verplichte opdrachten zal ik moeten proberen te laten verdwijnen. Inspireren werkt beter als de leerling die associatie kwijt is.